Natuurlijk verbinden

We hebben geleerd om ons te verbinden aan onechte materie. We zijn ons gaan vasthouden aan allerlei zaken die ons van buitenaf worden aangereikt. 

Een sticker van de juf voor netjes schrijven, een snoepje op de knie na het vallen, een diploma van de middelbare school voor het scoren van zesjes, een mooie leaseauto van het bedrijf, een zogenoemde, zogenaamde toelage van de overheid voor van alles en nog wat. 

En dan, het allerbelangrijkste wat we hadden moeten leren is afgeleerd. Namelijk het vertrouwen dat je alles al in je hebt. We zijn gaan geloven dat we andermans goedkeuring, erkenning en waardering nodig hebben om ons zelf lief te hebben. Wat een ongelooflijke miskenning van iets dat zo wezenlijk is. We zijn hier allemaal op aarde omdat we het recht hebben van bestaan. Dit bestaansrecht hoeft niet bevochten te worden of veroverd in strijd met iemand anders. Ik lees deze dagen in het boek van Maarten Oversier dat deze titel draagt. Al lezend hoor ik zijn stem. Zijn prettig Rotterdamse accent met altijd een grap paraat. Jaren geleden was hij een van de mensen op mijn pad die me hielp te ontdekken waar mijn essentie zit. In zweethutten en tijdens regressiesessies leerde ik om me te bevrijden uit de triangel van het drama met slachtoffers en daders. De titel van het boek nodigt me uit om opnieuw te onderzoeken hoe ik me verhoud tot dit existentiële recht op leven. 

De afgelopen weken in Portugal zijn voorbij gevlogen. Het leven hier neemt me mee naar alle uithoeken van mijn Zijn. Lameira doet haar naam eer aan. Het regent behoorlijk bij tijd en wijle en de volledig uitgedroogde grond van afgelopen zomer absorbeert het water volledig en weet het om te zetten in een poel van modder. Eén rondje over het land en je weet gelijk hoe het voelt om met je poten letterlijk in de klei te staan. 

Mijn aanwezigheid hier voor een langere tijd heeft veel aspecten. Het zorgt voor meer tijd en ruimte samen met Han. Tijd die zo nodig is om te ontginnen wat we in de vallei te doen hebben, om plannen te maken vanuit een balans tussen man en vrouw en ook om me vrij te voelen en los te maken van mijn oneigenlijke verbindingen met van alles buiten mijzelf. 

Ik ontmoet mijn eigen verwachtingen opnieuw over wat ik blijkbaar toch dacht dat allemaal gedaan moet worden in deze periode. Hardop zei ik tegen iedereen dat ik met een blanco sheet ging en dat ik niets wilde invullen, maar toch wandelen allerlei onderhuidse ideeën mee over wat ik met deze tijd allemaal kan doen. En nog vervelender, al die innerlijke afkeur over wat ik eigenlijk allemaal al had ‘moeten’ doen. Kortom werk aan deze de Winkel!

In mijn innerlijke zoektocht kom ik een onschuldig klein meisje tegen die bang is om alleen gelaten te worden. Ze heeft een levendige en spontane kern maar eromheen zitten allerlei draden naar voorouders die het vizier hadden op overleven. Geen ruimte voor gevoelige zieltjes en geen tijd voor het schoonspoelen van emoties. Ik kende haar in mij al wel. Maar deze keer is de ontmoeting intenser en rauwer. Ik huil vele tranen met mijn ogen open. Mijn ziel wordt gewassen en schoon gespoeld. De eclips en het 11/11 portaal zorgen ervoor dat ik met een extra boost de strengen van verwarring kan ontrafelen. Poe poe, dat geeft ruimte. 

Ik kom opnieuw in verbinding met de pure essentie van het wezen van dit kleine meisje. Heel bewust maak ik ruimte voor de onschuld in mij. Dit is wat ik nodig heb om de komende tijd vanuit een wit binnenste te kunnen vormgeven. Blijkbaar was dit de blanco sheet die ik voorvoelde. 

Volgens mij hebben we dit in deze tijd allemaal te doen. Ons te bevrijden van de oude verhalen in onze geschiedenis. Ons los te maken van oude systemen, structuren en patronen. Het leven weer vorm te laten krijgen vanuit een bewuste onschuld. 

De nieuwe wereld is geen menselijk maakbare, waarin we ons vasthouden aan materie die geen fundament geeft. De nieuwe wereld vraagt om verbinden met de ware natuur. Verbinden met onze ware natuur en ons laten dragen in de schoot van moeder aarde. Alleen als we ons door haar durven laten dragen, kunnen we onze eigen onschuld en innerlijke vrede voluit leven. 

Twijffelkonterij

Twijfels over van alles en nog wat en vooral over mijzelf. Ik ken het al mijn hele leven. Vaak verschuil ik me dan een beetje achter het feit dat mijn astrologisch geboorteteken een weegschaal is en dat ik dus altijd op zoek ben naar balans. Overigens is dit ook waar. Balanceren vraagt om een continue beweging. Balans ontstaat door steeds als een acrobaat op een eenwieler te bewegen en bij te sturen. Maar door de jaren heen heb ik heel veel meer geleerd over twijfelkonterij en zelfliefde.

Inmiddels weet ik dat het durven twijfelen ook betekent dat ik vragen durf te stellen. Ik durf dat wat vastigheid geeft te bevragen om te weten te komen of het in de diepte nog wel klopt. Dit te doen, weet ik nu, vraagt moed. Het onderzoeken van mijn eigen gecreëerde waarheden bewust op losse schroeven durven zetten en de eventuele stappen en bijbehorende consequenties nemen, maakt dat ik me steeds meer bevrijd voel van allerlei knellende banden.

Deze banden bestaan op allerlei lagen en zijn ook op zichzelf weer gelaagd. In oude notitieboekjes kom ik soms inzichten tegen als grote aha-momenten die ik ook nu dan weer kan gebruiken. De eerste keren dat me dat overkwam, zat ik mezelf op de kop. Hoe kan het nou dat iets wat ik tien jaar geleden al doorhad bij mezelf nu nog steeds een issue is? Dat komt door die gelaagdheid en doordat leren een cyclisch en geen lineair proces is. Zelfontwikkeling brengt je niet van A naar B(eter), maar brengt je in een spiraalbeweging rondom jouw eigen kern, waarbij je soms ver weg lijkt te bewegen van je eigen kern en dan net als in het labyrint, ineens dichtbij blijkt te zijn. Het verruimen van mijn bewustzijn is niet zweverig maar zorgt er juist voor dat ik steeds meer en beter op de aarde aanwezig kan zijn. De verbinding tussen hemel en aarde als grote polariteit vraagt niet om of in de hemel te zweven of in de modder te ploeteren, nee, het vraagt om mijn bereik zo te vergroten dat ik steeds verder kan reiken in de hemel en tegelijk steeds grootser durf te leven op aarde. Heerlijk klei aan de voeten, hart vervuld, wind door de haren en ogen tussen de sterren.

Toch moet ik eerlijk bekennen dat ik er soms weer even helemaal in zit, in die twijfel. Deze tijd is daar trouwens ook bij uitstek geschikt voor. Allerlei oude waarheden worden aan het kantelen gebracht. Niets buiten mijzelf lijkt nog zekerheid te garanderen. Inkomen, werk, waar ik woon, relaties met anderen, geloofssystemen, financiële systemen, guru’s en nog veel meer zogenaamde instituten blijken vaak uitgewerkt. Deze tijd werpt ons allen terug op het fundament in onszelf en in het besef dat ik dan wel vrije wil heb om te kiezen wat ik wil maar dat er ook een levenspad voor mij ligt dat helemaal niet zo vrij is. Dit levenspad noem ik mijn zielenpad. Deze onzichtbare weg is alleen voelbaar te volgen en wordt vooral ervaren als ik letterlijk even van het “padje” ben. Het leven laat mij iedere keer weer ervaren wat het betekent om een afslag te nemen die niet hoort bij de door mij te volgen weg. Niet dat het leven dan straft of zo, want dat is oud kerkelijk gedachtegoed. Nee, het leven helpt mij om mijn intuïtie, mijn innerlijk kompas zo afgestemd te krijgen dat ik een helder weten ontwikkel over dat wat ik hier te doen heb. Ja ik weet, dit is allemaal niet lekker tastbaar en concreet, maar wel waar.

En toch zoals gezegd duikt soms de twijfel weer op. In de Coronatijd is mijn inkomen als zzp’er regelmatig onder druk gezet. Mijn spaarpotje had ik leuk geïnvesteerd in een stukje grond in Portugal, want die banken doen er vaak alleen dingen mee die mijn ethisch kompas niet fijn vindt en bovendien twijfel ik ernstig of ons huidige geldsysteem wel blijft bestaan. Dus liever grond met groenten dan geld op de bank voor de wapenindustrie. En tegelijk leef ik nog wel in een wereld waar de huur, verzekeringen, gas en licht betaald moeten worden. Dus op de een of andere manier is het voorzien in deze middelen nog wel een dingetje.

Zo kwam ik in contact met een heel aardige man van een bureau dat zich bezighoudt met maatwerktrajecten rondom ontwikkeling binnen grote organisaties. We hadden een erg leuk gesprek en hij stelde me prachtige vragen. Het ging over hun en mijn kernkwaliteiten, focus op individu en/of collectief, over leeftijd, ervaring en nog veel meer. Hij noemde op enig moment de ‘topsport’ die ik aan het bedrijven ben door de manier waarop ik werk. Hij vertelde dat hij op mijn leeftijd een keuze had gemaakt om te gaan oogsten. Hij was vooral nog aan het netwerken en bezig op strategisch niveau om projecten te begeleiden. Dit alles vanuit de rol als medevennoot van die organisatie. Hier ergens gebeurde het wat ik goed ken. Ik voelde me langzaamaan kleiner worden. Vragen en oordelen over mijzelf schoten door mijn hoofd: “Wat ben ik toch eigenlijk een prutser!”, “Kijk nou, wat heb ik dan bereikt?”, “Hoezo oogsten en netwerk?”, etc. Niets van dit alles kwam overigens van de kant van mijn gesprekspartner. Hij erkende juist mijn enorme ervaring en vroeg zich hardop af hoe ik zou kunnen gaan oogsten. Hij zag ook wel in met wat ik hem vertelde, dat het niet mijn ambitie is om te werken op een grote klus voor 32 uur in de week. Een dergelijke klus bood hij me overigens zo aan. “Nee”, beaamde ik, “dat is niks meer voor mij”. We sloten het gesprek af met het idee om er beiden nog eens op te kauwen en dan later er op terug te komen.

Vervolgens was mijn ego er een paar uurtjes druk mee, maar toen sijpelde er steeds nadrukkelijker door waar deze ontmoeting over ging. De zin die hij uitsprak over het oogsten was blijven hangen. Wat ging ik oogsten vroeg ik me af. Bovendien je kunt alleen oogsten als je gezaaid, lees geïnvesteerd hebt. Waar had ik dit dan gedaan? Welke oogst was afkomstig uit mijn boomgaard en groentetuin? Het bracht me terug naar mijn werk en carrière van afgelopen jaren. Banen die me rechtstreeks het management team in hadden geleid, had ik afgeslagen. Lease auto’s en een hoger salaris waren ook al geen goede lokkertjes gebleken. Samenwerking met anderen in eigen VOF constructies waren levensvatbaar geweest tot aan de pubertijd van die samenwerking. Netwerken om contacten te hebben voor later, ik wist me er geen raad mee. Eigenlijk was het vrij simpel waar ik op uit kwam. Alles wat ik geïnvesteerd had, was in mijn eigen ontwikkeling. De weg was naar binnen in plaats van naar buiten gericht. Ik had mezelf menigmaal door de ‘wasstraat’ gehaald om nog meer zicht te krijgen op krassen en deukjes in de lak. Ook onder de motorkap van mijn eigen fysieke lijf had ik veel gedaan aan onderhoud. Dit alles om mijn ‘ziel’ een goed voertuig te geven.

Had deze, naar binnen gerichte focus, me dan als een navelstaarder laten rond zwabberen? Nee, dat geloof ik niet. In dat wat ik aan activiteiten ontplooi neem ik altijd de verbinding met mijn omgeving mee. Ik ben er van overtuigd geraakt dat als ik zorg dat ik mezelf vrij maak van knellende banden, beperkende overtuigingen en andere vernauwing, ik uiteindelijk ook beter mijn werk kan doen. In het begeleiden van anderen is het noodzakelijk dat ik durf te twijfelen aan iedere zogenaamde waarheid. Dat wat universeel WAAR is kan dan namelijk tevoorschijn komen. Kortom mijn oogsten kan zich niet anders dan richten op alles wat ik geleerd en ervaren heb op het gebied van het verruimen van bewustzijn. Nogmaals niet om op die wolk in de hemel te komen maar juist om vol het leven te kunnen leven!

Met veel inspiratie ben ik dan ook aan de slag gegaan met een plan wat al lang op de schap ligt. Een opleiding waarin alles kan samenvallen: Systemisch Werken, NLP, Karakterstructuren, Kundalini Yoga, Lichaamswerk, Soundhealing en Meditatie. De contouren zijn al goed zichtbaar voor mij en de inspiratie is heel groot als ik er mee bezig ben. Passend bij deze tijd, online in verbinding met de focus op het ontsluieren van ons oneindig potentieel. Ik zet me in om een hulpmiddel te creëren bij het lopen van jouw labyrint op weg naar thuis komen bij jezelf. En ik? De oogsttijd is gekomen en het brengt me een voldaan gevoel.

Vol-ledig leven – deel 2

En dan terug op Lameira, deze vallei bij Pé da Serra. Het landje heeft ons gemist. De moestuin is enorm gegroeid met groenten en heel veel onkruid. De grond is nu al erg droog. Er viel lang geen regen waar het normaal gesproken dat wel doet in deze maanden. Het huisje wacht geduldig op de volgende stap in het bouwprocces. Stucen van de muren is het meest in het oog springende grote project dat nodig is. 

De eerste dagen komen we moeizaam op gang. We zijn vooral moe. De dagelijkse zaken die hier off-grid nu eenmaal meer energie vragen, kunnen we nog net doen. Boodschappen voor een week, water halen in jerrycans boven op de berg bij de bron en onderhoud aan auto en aggregaat. De dagen zijn snel gevuld en vliegen voorbij. 

In mij worden steeds meer stemmetjes actief. Oude stemmen die zeggen dat ik meer moet doen in de tijd die ik er ben, stemmen die zeggen dat het niet goed genoeg is, stemmen die vragen waarom ik dit nou zo’n paradijsje blijf noemen, vragen over hoe nu verder, Han in Portugal ik heen en weer, is dat echt wat ik wil? Ik kom er niet direct uit en draai rondjes in deze niet zo vrolijke carrousel. Ik ontmoet mezelf weer in een leegte die ik lang niet heb gevoeld en ook daar weten deze stemmen wel raad mee. “Dit had je toch al lang doorgewerkt deze soap, je weet toch hoe het zit, waarom doe je het dan, je hebt toch genoeg tools in handen om eruit te komen?! Doe dan yoga, mediteer, verbind je met je hogere Zelf” enzovoort. Ik bezwijk bijna onder de druk. Het lukt me om niet in mijn valkuil van veel gaan doen te trappen. Ik luister naar mijn lijf en slaap best veel. Ik ben in mijn eigen wereldje en af en toe houd ik het niet meer en gaat er een golfje van projectie en ander gedoe in de richting van Han. Hij zoekt ook zijn weg weer en bereidt zich voor op de periode dat hij hier weer alleen zal zijn. Zo dobberen we allebei rond in ons eigen soepje. 

We brengen veel tijd buiten door in de moestuin en op de rest van het landje. We wandelen wat en ontdekken nieuwe mooie plekjes op loopafstand. We koken lekkere gezonde maaltijden met veel groenten en hier en daar ook al uit eigen tuin, we zoeken vrienden op, we lummelen rond en maken plannen. Helemaal niets mis mee natuurlijk, maar toch. In mij knaagt het door. 

Eind april vorig jaar zijn we begonnen en er is waanzinnig veel gedaan én er moet ook nog heel veel gebeuren. De creator in mij heeft heel veel plannen, meer dan ik tijd en ruimte heb om het uit te voeren. Ik realiseer me dat de eerste adrenaline stoten veel hebben opgeleverd maar dat er nu ook iets anders is vereist. Ik merk dat mijn innerlijke druk oploopt. Mijn leven in Arnhem is gevuld en met name mijn werk hoopt zich op omdat ik regelmatig ook bezig ben op Lameira. Na de Coronatijd waarin ook zoveel stil viel, loop ik over van zin in het organiseren van allerlei workshops en andere activiteiten. Ook de trainingen in het bedrijfsleven trekken weer aan en vragen veel van mijn planning skills (die ik overigens niet perse in mijn geboortepakketje meegeleverd heb gekregen). Ik weet dat ik een prachtig en uniek leven heb en ik merk dat ik mezelf soms te slecht begrens. 

Ook hier stuit ik op het oude stuk van me niet goed genoeg voelen. Ja hoe vaak kan je in een mensenleven afpellen tot je echt in de pit van zo’n thema bent. Ik realiseer me dat ik liever compleet ben, dan perfect. Ik glimlach want ik roep zo vaak tegen anderen dat perfect zijn zo saai is. Je kunt het in de ogen van de ander zo gemakkelijk herkennen en er dan toch zelf ook weer met open ogen intuinen. 

Ik weet dat het nodig is om het niet alleen te zien en te weten, maar ook te voelen in mijn hele lijf. Goh wat heb ik het nodig om mijn lijf te voelen. Ik ga naar mijn favoriete plekje bij de rivier onderaan ons landje. De eerste kennismaking met haar water beneemt me de adem. Ongelofelijk wat is dit koud. Mijn voeten doen pijn van de kou. Han moedigt me aan vanaf de kant en zegt te blijven ademen. Iets met stuurlui en de wal, knipoog ik. Het is dat ik mezelf ook al heb ingezeept anders was ik waarschijnlijk niet doorgelopen naar het diepere deel. Het lukt me om heel even onder te gaan. Terug op de kant wordt ik liefdevol opgevangen met een open handdoek. Mijn lijf tintelt heerlijk. Oh wat is dit nodig om weer aan te komen bij mij zelf. 

De dagen daarna ga ik steeds ietsje langer in het koude water. In mijzelf vraag ik de rivier om mijn lijf te omringen en mijn gepieker weg te spoelen. Zelf heb ik genoeg te doen met het doorademen. Steeds meer zak ik in mijn lijf. Ik voel een leegte die ik lang heb weten te vermijden. Hier in deze leegte is tegelijk ook mijn thuis. Hier in die leegte voel ik ook mijn pijn. 

Opeens realiseer ik me dat het soms ook best even niet leuk mag zijn op Lameira. Dit grote avontuur laat me jubelen maar brengt ook andere zaken met zich mee. Omdat ik mezelf zo’n bofkont vind met dit leven lijk ik mezelf soms niet toe te staan om ook de andere kant van deze medaille te nemen. Ja het leven is hier soms ook hard. Het is hard werken, ik spreek de taal nog amper, ik wil veel en dat kost ook centen die niet in goudpotten verstopt zitten in deze vallei. Ik slaak een zucht. Oh ja, de ervaringen op deze prachtige aarde zijn duaal. Er is dag en nacht, er is licht en donker, er is man en vrouw, er is jubelen en er is somberen. Het volledig aannemen van deze beide kanten maakt het compleet. Het gaat er dan vooral over dat ik blijf verbinden. Niet of het een of het ander maar en het een en het ander. Het Lemniscaat, de liggende acht,  het symbool van oneindigheid laat zien hoe beweging verbindt. Niet door aan de ene kant van de acht te zijn óf aan de andere kant maar door in beweging te zijn en zo te verbinden. Ik word compleet als ik alles wat ik tegenkom in mijzelf weer kan connecten.  Vol en leeg, jubelen en somberen, rust en drukte, hoofd en hart, Portugal en Nederland. 

Als ik einde van de dag weer in de koude rivier ben voel ik hoe mijn handen ronddraaiende bewegingen maken in het water. Als vanzelf voel ik dat ik achtjes draai met mijn handen in het water. Ik voel mijn volle zijn, ik voel mijn leegte. Ik voel me vol-ledig. 

Vol-ledig leven – deel 1

Op 10 januari vloog Han met me terug vanuit Lissabon naar Arnhem. Het vele klussen en de tijd alleen was even genoeg geweest. Hij was toe aan vakantie zoals hij zelf zei. In Arnhem wachtte mijn werk en ons fijne huis in het Spijkerkwartier.

Er was ook tijd voor familie en vrienden en we werden allebei ziek. De tijd vloog voorbij en voor we het zelf goed en wel in de gaten hadden stond onze reis terug al weer geboekt. 

Donderdag 17 februari zouden we vliegen. Het liep anders. Die dag was er storm op komst. We zaten te wachten op CS Arnhem toen de omroeper eerst omriep dat alle spoorverkeer van Utrecht naar Amsterdam was gestremd door een kapotte bovenleiding. Mooi dat we via Eindhoven vliegen, zeiden we. Dit zinnetje herhaalde zich nog een keer toen we hoorde van een oponthoud tussen Arnhem en Oberhausen. Even later gleed de trein naar ‘s-Hertogenbosch het station binnen. Han sleepte zijn forse koffer naar binnen en ik mijn handbagage voor twee weken Portugal. 

Daar gingen we tot vlak voor station ‘s-Hertogenbosch CS. Zoals wel vaker het geval is, riep de conducteur om dat we even moesten wachten voor we het station binnen konden rijden. Het wachten duurde best lang. De conducteur kwam weer over de speaker en vertelde ons van een kapotte bovenleiding bij Druten waardoor er geen stroom meer was op het station voor ons. Het was wachten op het volgende bericht. Drie kwartier stonden we stil. Ondertussen naar alternatieve manieren zoekend om ons vliegtuig te halen. Een paar berichtjes naar mensen of ze toevallig door Brabant reden, een hoop gezoek naar bussen, treinen en ander vervoer. Na enige tijd klonk de conducteur weer en hij vertelde ons dat we teruggingen naar Nijmegen. Op de terugweg zou de trein op ieder passerend stationnetje stoppen. We besloten er zo snel mogelijk uit te gaan. Het werd ‘s-Hertogenbosch Oost. Ondertussen belde mijn broer, spraken we een conducteur en liepen we richting de bussen. Mijn broer bood aan direct vanuit Velp bij Arnhem in de auto te springen en naar ons toe te komen om ons door te brengen naar Eindhoven. En zo deed deze schat dat dan ook. Wij sprongen in een bus naar het centraal station en toen door in een andere bus in de richting van de A2. Opgelucht stapten we om klokslag drie uur bij Eindhoven AirPort uit de auto. Een laatste dikke knuffel en zwaai zwaai. 

Een paar minuten later zagen we dat de desk om in te checken net drie minuten daarvoor was gesloten. De eerste nee, maar voorlopig niet de laatste was gescoord. Er volgden er het komende uur nog een paar. We kregen met veel gepraat nog wel onze boardingpas, maar een dame met haar hart op slot weigerde de koffer van Han door te laten bij de bagagecheck. Na de nodige discussies en eindeloze regels en procedures herhalend, werd de NEE steeds luider. Terug naar de servicebalie. Ook daar weer nee. Het ging niet meer lukken om met de vlucht van 15.40 uur mee te gaan. Zelfs niet toen bleek dat hij later zou vertrekken. Ook van omboeken was geen sprake. 

Alle pech en stress van onderweg kon ik alleen nog maar ontladen in een leegte en wat tranen. 

We werden weggestuurd met de boodschap dat we het beste zelf konden zoeken naar een vlucht want alles was vol, schreeuwend duur of naar de verkeerde stad. We besloten tot een bak koffie en even bijtanken. Echter er kwam nog een nee, want ja geen qr-code was geen koffie aan een tafeltje bij Starbucks, pufff. 

Ik tikte een berichtje naar mijn broer dat we niet in de lucht waren en deze lieverd draaide om bij Nijmegen, terug naar ons. Zijn elektrische kar moest nog wel even aan de stroom en ook de file hield hem nog wat langer op. Treinen terug gingen nog steeds niet. We eindigden de avond met een vette bek (patat) op de bank in Arnhem. 

De nacht was onrustig en we lagen beiden te woelen. Wat had deze ervaring ons te zeggen? Een van de belangrijkste dingen die we ontdekten is dat het lijkt of de (mede)menselijkheid steeds meer verstopt raakt achter regels, procedures en de angst om die niet te volgen. Hoe komt het toch dat mensen hun autonomie zo gemakkelijk lijken op te geven vragen we ons af. Daarnaast vonden we het heel pijnlijk dat  er niemand begrip toonde door iets te empathisch te zeggen. Het had de harde Nee! Wat zachter gemaakt. We vragen ons af wat voor ons de beste reactie is in een dergelijke situatie, want ja de ander kunnen wij niet veranderen. We komen er op uit dat we hoe dan ook zelf wel ons hart open willen blijven houden ook al doet de ander nog zo onaangenaam. Wel is het belangrijk om dit te doen vanuit een eigen heilige ruimte. De grenzen van die ruimte mogen stevig zijn, zodat de ander weet en voelt dat de onaardigheid afglijdt langs de randen van onze heilige bubbel. 

De vrijdagochtend na deze nacht was er nog meer storm en we kozen een nieuwe vlucht in alle vroegte op de zondag. Weer een andere lieve engel bracht ons in het holst van de nacht naar Eindhoven! Zondagmorgen stonden we na de vlucht en een busrit weer in Castelo Branco. 

Ik schrijf deze lange versie en aanloop op omdat het van wezenlijk belang was bij alles wat we leerden. 

Ik leerde dat als mensen hun hart gesloten houden, ik mijn verwachting dat als ik echt contact maak ze wel weer openen, niet perse waar hoeft te zijn. Met andere woorden, mijn hart openen mag zonder verwachting van wat de ander doet. Ik leerde ook voor de zoveelste keer hoe belangrijk het is om op een vliegveld en op andere drukke en stressvolle plekken bij mezelf te blijven. Ik was het weer even vergeten en liep energetisch helemaal leeg. We leerden samen hoe goed we in verbinding kunnen blijven met elkaar en naast elkaar kunnen blijven staan in een hectische omgeving. We hebben ook gemerkt hoe fijn het is om in een relatie niet in de valkuil van de ‘ja maar als jij’-projecties te komen. We waren in staat om de ander te blijven zien en steunen. Wauw dat was fijn!

Dit avontuur en mijn inzichten rondom vol-ledig leven worden vervolgd, morgen weer een blog. 

Voeten in de aarde

Het is kerstavond en na een reis met een grote diversiteit aan transport, auto, vliegtuig, metro, bus, auto, zet ik mijn voeten neer op de aarde van Lameira. Ik zet twee stappen in de donkere avond en hoor en voel een sterk zuigende kracht. Ik word met beide voeten de klei ingezogen. Er is geen ontsnappen mogelijk, er wordt me gelijk duidelijk gemaakt waar het hier onderaan de berg over gaat, aarden! De afgelopen weken waren gevuld en hectisch. Er waren behoorlijk wat werkklussen, mijn hoofd was regelmatig gevuld met zorgen over een zieke zoon en zieke kat, de nieuwe website die aandacht vraagt, allerlei online meetings zo voor het einde van het jaar, familiefeestjes rond Sint en Kerst en 1001 andere zaken waar mijn mind overuren meemaakte. Ik herken dit wel van mezelf en zie ook hoe ik worstel om hierin in mijn stille midden te komen en te blijven. De yogalessen die ik geef in deze laatste weken van het jaar stel ik in het teken van verstilling vanuit het hart. Er zijn veel meer mensen merk ik die in deze tijd van het jaar zich wat overvraagd voelen in de veelheid van activiteiten en de gekunstelde druk om af te willen ronden voor het einde van het jaar. Wat is dat toch dat we tegen de natuurlijke stroom van de natuur in zwemmen. Alles in de natuur verstild in de wintertijd. Op Lameira is het voelbaar en zichtbaar. De laatste kweeperen hangen aan de boom weg te rotten, de kleuren zijn donkerder en meer versluierd en alles staat even on hold. Soppend en met dikke kleiklonten onder mijn laarzen maak ik mijn entree. Ons huisje is inmiddels meer geïsoleerd door het onverminderd harde klussen van Han en ook de houtkachel helpt ons om tijdens de koudere avond warm te blijven. Het laatste uur van Kerstavond wordt gevierd met nootjes en een drankje. De volgende ochtend is regenachtig en de naam Lameira 😊 aarde en water = modder) is overduidelijk.

Hier stopte mijn schrijven en vandaag pak ik het weer op. Het is 10 januari 2022 en de weken zijn voorbij gevlogen. Voor het eerst sinds negen maanden reis ik samen met Han terug naar Nederland. Na al die maanden verbouwen is het tijd om even met afstand te kijken en voelen voor de volgende stap. Voor mij ligt het anders. Ik ben wat gewend geraakt om me los te scheuren en heen en weer te reizen tussen mijn leven in Nederland en Portugal. Wat scheelt is dat ik voor nu even geen afscheid hoef te nemen van Han. Steeds beter leer ik om de uitersten in mijn leven te verbinden. Het comfortabele, stadse leven in de matrix in Arnhem met het sobere leven in de rauwe natuur van Lameira, het leven op mezelf met Han op afstand en het samen leven, het werken met mensen en het bouwen aan onze droom, de stilte en de drukte, het fluiten van de vogels in de vallei en het verkeer over de Boulevard Heuvelink. Het verbinden van de uitersten vraagt een continue beweging van me. Steeds opnieuw afstemmen, voelen hoe ik me kan verhouden tot dat wat er is. Het voelt als het volgen van het Lemniscaat. Deze liggende acht die het oneindigheidsteken symboliseert en uitersten met elkaar kan verbinden. Ik mijmer nog wat over de flow van het leven. Al schommelend in de bus onderweg naar het vliegveld van Lissabon kan ik niet anders dan concluderen dat ik me heel dankbaar voel voor deze mogelijkheid in mijn leven. Ik leer om de stroom te volgen zonder dat ik hoef te weten waar dat op uitkomt. Zowel in Portugal door vrienden als ook in Nederland wordt me regelmatig gevraagd wanneer ik me dan definitief vestig in het land van aarde en water (Lameira). En steeds beter kan ik voelen dat ik die vraag niet hoef te beantwoorden vanuit mijn hoofd en ratio. Het enige wat ik hoef te doen is blijven verbinden en voelen wat de volgende stap is. Ik sluit even mijn ogen laat de zonnestralen nog diep binnenkomen, leg mijn hand op de knie van mijn lief en “all is good”.

Sunset & sunrise

Met een beetje weemoedig hart ben ik opgestaan. Ik scroll wat door de ‘socials’ en bekijk mijn eigen foto’s. 

Ineens zie ik het. 

Afgelopen zomer toen ik ruim zes weken in de vallei van Lameira, Pé da Serra was, maakte ik regelmatig een foto van de opgaande zon. Gezeten op het platje naast het huis, onder het genot van de eerste koffie, kroop dan de zon achter de berg vandaan. Iedere dag weer begroet door de warme stralen. 

Terug in Nederland maak ik regelmatig een foto van de ondergaande zon. Zittend op mijn hooggelegen stadsbalkon, met uitzicht op de Eusebius kerk genietend van de nazomer en de warme kleuren in de lucht. 

De opgaande en ondergaande zon herinneren me aan de cycli in de natuur. Alles kent een beweging, een ritme en een toon. De seizoenen, de maancycli, de getijden, de sterren, de bomen en planten, alles laat ons zien dat de stroom van leven gepaard gaat met dood en ook weer wedergeboorte. 

Ik zelf ben hier ook onderdeel van, alleen  lijkt het soms zo op de achtergrond te verdwijnen in het rumoer van de stad en een druk leven. Iedere vrouw kent in zichzelf een diepe verbinding met de cyclus van het leven. Het ‘in de maan zijn’, de menstruatie, de eisprong, oneindige hormoonschommelingen die deinen en stormen door het lijf. Het hoort bij ‘vrouw zijn’ en geeft ook een innerlijke structuur. Nu mijn maandelijkse periodes lijken af te nemen en vervangen worden door verrassingsaanvallen, realiseer ik me dat er ook weer een innerlijke structuur is verdwenen. Er valt niet meer te schuilen, geen excuses meer voor mijn buien. Als ik eerder moe en/of chagrijnig was dan kwam het vast door mijn naderende menstruatie, riep ik dan. Mijn broer noemde dat vroeger dan plagend een vaginale depressie. En als de ‘dijken’ gebroken waren dan vloeide er niet alleen bloed maar ook een hoop opgehoopte spanning en stress uit mijn lijf. Nu kan ik niet meer vast rekenen op een maandelijkse reminder en toch blijf ik diep verbonden aan de natuur. Het vraagt van me, om mezelf te herinneren aan de verbinding met de ritmes van het leven. 

Het loslaten van structuren is trouwens een thema dat sowieso prominent speelt. We verschuiven vanuit het Vissentijdperk naar de tijden van Waterman. Een grote verandering van een langdurige periode waarin patriarchale patronen getransformeerd mogen worden naar een herbalancering van mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten in een ieder van ons. De oude hiërarchische machtsstructuren staan onder hevige spanning en stribbelen tegen. Echter er is geen ontkomen aan, we leven in veranderende tijden. Er is veel te zeggen en schrijven over de huidige tijd en dat wat allemaal zichtbaar wordt. Hoe dan ook Corona heeft ons allemaal uitgedaagd en uitgenodigd om onze vaste patronen te herzien. Waar sta ik voor? Wat vind ik belangrijk? Waar ontleen ik zekerheid aan? Welke structuren en systemen dienen nog wel en welke niet?

Voor mij staat vast dat het merendeel van de opgebouwde maatschappelijke structuren niet meer dienend zijn aan het ritme van de mens. Met allerlei kunst en vliegwerk hebben we geprobeerd onszelf en onze kinderen in te passen in systemen die knellen en kraken. De vraag is durven we los te laten en te vertrouwen op de verbinding met onze essentie? Hebben we het lef om structuren niet langer te gebruiken om ons te verschuilen en durven we in onze naaktheid op zoek te gaan naar wat ons dient? Het zijn grote vragen die beantwoord zullen moeten worden. 

Mijn eigen lijf laat zien hoe dat werkt. Een structuur die niet meer nodig is verdwijnt simpelweg. Ik kan vasthouden wat ik wil, maar een nieuwe cyclus vraagt wat anders. Durf jij de dood te omarmen, zodat er een wedergeboorte kan plaatsvinden? 

De uil roept

Al nachtenlang wordt ik wakker van de roep van een uil. De roep is helder en krachtig. Ik probeer te horen wat de uil me te vertellen heeft. 

De eerste nacht kan ik af en aan in contact zijn. Het voelt alsof ik dichterbij kom en dan weer teruggeworpen wordt op mezelf liggend in de tent. Steeds opnieuw voel ik een verlangen om gevoelsmatig de nabijheid van de uil te voelen. 

De nacht daarna wordt ik weer wakker door de de uil, het is rond drieën in de nacht. Het wakker worden brengt me in een staat van openheid. Ik zie ineens een aantal zaken in mijn leven super helder. Ik zie mijn patronen die me nog weghouden van mijn innerlijke vrede en ik zie de lijn met mijn voorouders. Het is kristalhelder waar nog koorden zitten die me weghouden van een vrij(er) leven. Niet veel later gaat mijn hoofd zich ermee bemoeien en worden de inzichten gekaapt door mijn mind. Nou die weet er wel raad mee. Er ontstaat een hoop gedoe in mijn hoofd. Als ik door heb wat er gebeurt voel ik een innerlijke glimlach opkomen. Wat een geweldig intern circus is mijn binnenwereld toch. De COVID maatregelen maken een bezoek aan het theater dan wel lastig en/of onmogelijk, mijn eigen voorstelling heeft alle vermaak in zich. Langzaam geef ik me over en laat de ‘verhalen’ weer los. Haast grinnikend val ik weer in slaap. De uil lacht vast een beetje mee over deze interventie van mijn ego. 

De derde nacht meldt de uil zich opnieuw. Al dagen ben ik bezig met de terugreis naar Nederland. Dit zal pas over tweeënhalve week zijn, dus ik baal en verdring dat ik hier mee bezig ben en toch plopt het steeds weer op. Ik word wakker van de uil en direct is er weer mijn gepuzzel over de terugreis. Een van de opties is dat ik alleen rijd met de auto en dat op zich is al een uitdaging voor me. Het is ver en intens om die afstand te overbruggen op een prettige manier. Ik weet dat deze derde nacht dat de uil me wakker roept, hij echt iets te melden heeft. Die uil is er, maar dat ik wakker wordt van zijn roep heeft betekenis. Ik grijp mijn telefoon en kijk of er bereik is. En ja, ook 4G support mijn onderzoekje. Ik zoek de betekenis van het totem dier uil op. Ik vind dat de uil gaat over het vermogen om te zien wat anderen niet zien, intuïtie. Het is het wezen van wijsheid. Uil is gelieerd aan de maan en aan vrijheid.  Ook hangt uil samen met de symbolische dood, een tijd van verandering. Ik sluit mijn ogen weer en stem af op de roepende uil. Ik word stil van binnen en luister. Het woord queeste komt op. De reis terug naar Nederland moet ik zien als een beproeving?! 

Dit woord resoneert nog dagen na. Allerlei dromen en flarden laten zich zien. Een deel van de beproeving heeft te maken met allerlei doorgegeven angsten. Mijn moeder is standaard bang als haar kinderen op reis zijn. Zelfs vroeger als we uit school zouden komen en mijn moeder hoorde een ziekenwagen dan dacht ze de vreselijkste scenario’s. Ze vertelde ook vaak een verhaal over haar moeder die in de oorlog uit Amsterdam met de fiets richting de Veluwe was gegaan om voedsel te vergaren. Ze wist niet precies wat er onderweg met haar moeder allemaal was gebeurd, maar het was niet best. Deze oude stromen zijn niet van mij, maar ze jagen wel hun schaduw door mij heen. In contact met de oude stromen vraagt om bewustzijn en doorademen. Adem in adem uit en let go. 

Ook de maatregelen in verschillende landen rondom COVID geven me wat stress. Het collectieve karma dat wereldwijd wordt uitgeleefd en hopelijk uitgewerkt heeft, ook zo zijn weerslag op mij. Regels, controles en consequenties roepen allereerst weerstand en rebellie in mij op. Ik wil het niet dit gedoe en voel veel innerlijk verzet. Het vraagt van mij om helemaal terug te gaan in mijzelf om te onderzoeken hoe ik los kan komen van de gerichtheid op de buitenwereld. Wat kan ik doen om de verantwoordelijkheid voor mijzelf te nemen en deze niet buiten mijzelf te leggen? Hoe kan ik gecentreerd blijven en trouw zijn aan mijn waardes en mijn innerlijk weten? Hoe kan ik me in mijzelf veilig voelen in een wereld waarin zo ingezet wordt op het creëren van angst?  Alleen al het stellen van de vragen, geeft me ruimte en helderheid. 

En dan heeft mijn ego nog een aloude vertrouwde troefkaart. Mijn persoonlijkheid heeft het vermogen om stoer te doen. Geen angsten toe te staan, maar gewoon erover heen stappen en weer door. Als het zich aandient moet ik lachen. Ik weet dat het niet meer kan op deze manier. Ik ben er best vaak ver mee gekomen hoor, dat wel. Maar nu is er iets anders nodig. Angsten wegduwen, negeren, mezelf groter en stoerder voordoen heeft geen zin. Aankijken en doorvoelen wat er is helpt wel. Tenslotte is ware moed dat ik mijn angsten voel, helemaal toelaat en  dan toch doe wat gevraagd wordt. Lef je leven is niet voor niets mijn motto. 

En dan nu, maandagochtend,  nog anderhalve week hier op Lameira. De zon is nog net achter de heuvels en schijnt al prachtige stralen omhoog. Ik voel innerlijke rust en vertrouwen. De natuur brengt me hier steeds opnieuw thuis bij mezelf. Wat ik ook doe, er is niets te vrezen. Het enige wat telt is dat ik de weg weet naar mijn hart. Daar is het portaal naar mijn weten en daar liggen al mijn antwoorden op mijn vragen. Adem in adem uit. 

Wat Lameira laat weten

We hebben de eerste mensen op Lameira mee laten genieten van deze bijzondere plek. Er is hard gewerkt, lekker gegeten, gelachen en er is veel geleerd. 

Al toen we voor de eerste keer de energie op deze plek voelden , kregen we contact met de verborgen kracht en het potentieel. We hadden het idee dat de rauwe en ongepolijste natuur een ieder onomwonden in contact zou brengen met de essentie. In alle puurheid, de naakte waarheid zou tonen. 

Het mooie is nu te merken dat het ook gebeurt. Natuurlijk ervaren we dit allereerst zelf. Geen escape op Lameira. Wat waar is wordt gepresenteerd, zonder strik en inpakpapier. En omdat er zo weinig afleiders zijn, kan het niet anders dan dat we de confrontatie aangaan met dat wat zich laat zien. Als vanzelf blijkt de natuur van Lameira een metafoor voor persoonlijke processen. De mensen die er zijn laten het ons zien. 
De alom woekerende bramen worden een uitnodiging om met liefde en doorzettingsvermogen te ontwarren. Iedere streng te herleiden tot de wortels om ze dan af te knippen zodat ze stoppen met woekeren. De kunst wordt geleerd om de grijpgrage stekels te blijven liefhebben en als vrienden te bejegenen. 
De broodoven nodigt uit als een baarmoeder. Iemand kruipt er helemaal in en herschikt alle stenen. Het resultaat is een gelikt, gelijkmatig vloertje waar brood en pizza gemakkelijk een plekje weten te vinden. 
De stenen van het land en uit de rivier vinden een nieuwe bestemming als versiering voor een lelijke betonnen paal. Uren en dagenlang wordt met liefde en geduld er een waar kunstwerk gepuzzeld. Daar waar stenen weer loslaten, worden ze opgeraapt en wordt opnieuw gekeken waar de bewuste stenen wel een plek kunnen vinden. De samenwerking tussen de twee vrouwen is aanvullend en harmonieus. 
Het riviertje geeft bedding aan de eerste tranen. Lameira raakt aan en maakt los wat zo lang bevroren was. Liefdevol neemt de stroom de tranen op om ze te laten vervloeien richting het dorp en verderop naar zee. 
Onze rol in dit geheel wordt ook steeds duidelijker. We hoeven niet erg hard te werken om allerlei processen van mensen te stimuleren. Het gebeurt van zelf. Het enig wat gevraagd wordt is onze aanwezigheid, onze holding van de ‘sacred space’, onze liefdevolle blik, een luisterend oor en soms een korte aanwijzing. 

Bijzonder is het om te merken dat de natuur juist in deze ruige versie zo mooi terugleidt naar het antwoord op de niet gestelde vragen. De mensen die er zijn hebben een natuurlijke roep gehoord die ze naar de vallei heeft gebracht. 
Ook wij leren in de aanwezigheid met anderen belangrijke dingen. Het afbakenen van onze eigen ruimte. Het geven van duidelijkheid over wanneer samen aan tafel en wanneer niet. Hoe de klussen die er zijn precies gevonden worden door de juiste persoon. Hoe we kunnen hoeden over het land, zonder te controleren en reguleren. En als laatste maar super belangrijk, hoe er een goede balans blijft tussen geven en nemen op allerlei gebied. 
Het lukt ons tot nu toe heel goed. Het voelt als een heel natuurlijke stroom die weinig bijsturing nodig heeft. We vertrouwen vooral dat Lameira door die mensen gevonden wordt die met sensitieve afstemming contact maken met dat wat gevraagd wordt. Als wij samen uit blijven stralen hoeveel liefde we voelen voor deze plek dan laat Lameira dát weten wat herkend wordt door iedereen die haar ontmoet. Schoonheid, serene stilte, kracht, pure natuur, het zijn de pijlers van deze unieke stek. We zijn ontzettend gezegend hier te mogen Zijn. 

Lameira als spiegel

Tweeëneenhalve week ben ik nu weer in Portugal. Toen ik begin mei na onze vuurdoop- weken terugvloog naar Nederland nam ik een kleurrijk beeld mee terug. De vallei en de omgeving waren gekleurd met allerlei bloemen. Alles was groen en het rook verrukkelijk. De lente liet de vogels fluiten, de bijen zoemen en alle knoppen ontluiken.

Toen ik op 18 juli voet aan de grond zette op de vlieghaven van Lissabon, kwam ik uit een drukke periode van werk en opleiding. De hectiek en het ritme in mijzelf lagen vele malen hoger dan de stilte en sereniteit van Lameira.

Het contrast was erg groot en overviel me totaal. Het heeft me twee weken gekost om te kunnen landen. Ik herkende mezelf even niet. Wat was er aan de hand? Ik zat op een prachtige plek, het weerzien met Han was superfijn, de vorderingen aan de bouw supertof, de fluitende vogels nog steeds enthousiast en toch kon ik niet aarden. Het heeft me behoorlijk gepuzzeld en beziggehouden.

Wat me wel opviel was dat mijn romantische herinnering uit het voorjaar, in een keer van het ‘bord’ was gewist. De natuur is dor en droog, de zon brandend en de wind blaast regelmatig als een föhn over onze hoofden. Het stof zit overal. Het gezoem van de bijen wordt overstemd door de vliegen die er een gewoonte van maken op elk plekje te landen op je lijf om te kriebelen. In de avond klinkt het gezoem van muggen en mijn lijf ziet er inmiddels gepokt en gemazeld uit door deze vrienden. In de eerste nachten zijn de wilde zwijnen dichtbij onze tent, ze maken me alert en gefascineerd. 

Mijn ritme was nog hoog en ik was bovendien ook helemaal klaar om lekker te klussen. Mijn frozen shoulder van afgelopen maanden was eindelijk ontdooid en ik voelde geen fysieke belemmering om los te gaan. Echter, een groot deel van de dag is het werkelijk niet te doen om te werken. Tien minuten klussen heeft hetzelfde effect als een dubbele bikram yogales. Het zweet gutst van je lijf, de adem wordt je benomen en je energie vloeit heel snel weg in een bodemloze put. Vooral de eerste dagen is het zo heet, dat ik echt word uitgedaagd. Mijn lijf roept siësta, maar mijn mind heeft allerlei andere ideeën. Kortom er wordt gevraagd om te luisteren naar mijn lijf en een paar tandjes terug te schakelen.

De fysieke kant is een aspect van deze ervaring en er is meer. Mijn nachten zijn soms onrustig door allerlei wilde dromen. Oud en nieuw worden in deze dromen tot een bijna niet te ontwarren net geknoopt. Ik vraag me af wat het me zeggen wil. Ik weet dat we met ons allen in een enorme transitie zitten. Het ‘oude’ werkt niet meer, maar het nieuwe is nog niet zo zichtbaar voor velen. De wereld lijkt meer en meer te polariseren. Gestuurd door angst komen hele groepen mensen lijnrecht tegenover elkaar te staan. Wel of niet vaccineren lijkt een metafoor en wapen te zijn om bloot te leggen dat het ons (nog) niet lukt om elkaar te respecteren en te kijken hoe we kunnen blijven verbinden in plaats van te verharden. En onderwijl beweeg ik me tussen twee werelden, de stad in Nederland en de natuur van Lameira. Mijn hoofd weet dat ik dit ook graag naast elkaar wil laten bestaan. En het een én het ander, dus niet een of, of. In mijn huidige proces weet ik dat deze vraagstukken alleen kan beantwoorden vanuit mijn eigen interne onderzoek. Als ik intern niet meer polariseer, als ik intern geen strijd uitvecht, als ik intern verantwoording neem voor het pad van liefde in plaats de snelweg van angst dan kan ik bijdrage aan een wereld waarbinnen we de eenheid en de onderlinge verbinding kunnen vormgeven.

Vanochtend zag ik ineens de parallel. De natuur van Lamiera liet me in de lente haar schoonheid zien. Er is me gevraagd dit landje hier te hoeden en het lief te hebben. Dit betekent dat ik ook haar rauwe, ruige, minder toegankelijke kanten heb lief te hebben. Het is net als met onszelf. Zelfliefde gaat over het omarmen van alle aspecten van onszelf.  Niet alleen de mooie kanten, juist ook de schaduwkanten. Niet alleen alles waarmee we mooie sier maken, maar ook de ongepolijste kanten van ons zijn. We zijn pas heel en in verbinding als we dit volledig accepteren en integreren. Dan kan het licht stralen.

En ja inderdaad. Wat straalt Lameira. Ik luister nu naar haar ritme. Geniet van de koelte van de rivier. Mijmer bij de vallende sterren en de onbeschrijfelijke sterrenhemel. Creëer ruimte en rust door onder een olijfboom soms een tukje te doen. Sta op als de zon nog net niet op is en mediteer bij de eerste stralen van haar warmte. De uren die we werken zijn enorm productief en daarmee erg vervullend. We worden ingesloten door het dorp en vertroeteld met emmers vol peren, tomaten, aardappels, courgettes en sla direct van het land. Met handen en voeten hebben we een gesprek en we lachten onze tanden bloot, die zij overigens vaak niet meer hebben. Kortom, ik vier het Leven en voel me heel!

Het verlangen en het comfort

Afgelopen zondagavond ben ik als verrassing aangekomen bij Han op Lameira. Het is zijn verjaardag en met heel veel moeite is het me gelukt mijn mond niet voorbij te praten. Het is heerlijk om elkaar weer live te voelen en het is overweldigend om weer in de vallei te zijn. 

Afgelopen weken, maanden, speelde mijn leven zich grotendeels af in de stad. De stad die me altijd zoveel te geven had, voelt nu regelmatig als een opdringerige, drammende kleuter die aandacht wil. Steeds is er iets wat uitnodigt om me af te leiden. Altijd is er op de achtergrond geluid van verkeer en mensen. Lang heb ik de bruisende levendigheid geadoreerd en ben er vol ingegaan. Nu, weer in de armen van Lameira word ik me bewust van de enorme tegenstelling en moet ik gek genoeg ook enorm wennen. 

Hier klinkt er het ruisen van de wind, het stromen van de rivier en het ritselen van planten en bomen. De vogels fluiten onafgebroken en de hagedissen schieten dansend over de aarde en stenen. Het is heerlijk én ik raak ontregeld. 

Een autorit naar Eindhoven, de vlucht met vertraging, de stressvolle rit om de bus te kunnen halen, weer een autorit vanuit Castelo Branco en het laatste stuk lopen over de zandweg met rolkoffertje en rugzak laten me mezelf stoffig en plakkerig voelen. Ik realiseer me direct dat we geen stromend water hebben. Even een snelle douche is er niet bij. Comfort en vanzelfsprekendheid van basics is geen vast gegeven hier. 

Juist dat is nu ook wat het leven hier zo woest aantrekkelijk maakt. Voor ieder beetje comfort wordt een inspanning gevraagd. Het is iedere keer dan enorm verrijkend als er weer iets is gerealiseerd wat een beetje meer gemak of plezier geeft. Vanzelfsprekendheid wordt hier niet getolereerd. 

Dit gegeven vraagt van ons een bewuste inzet van materiaal en middelen. Net als een groot bewustzijn over wat nu werkelijk nodig is en wat dienend is aan de plek. 

Lameira leert me om over de grenzen te kijken van een comfortabel leven en laat me kennismaken met het pure, directe leven. 

Kijkend vanuit hier naar Nederland laat me nog meer zien hoe we met elkaar verstrikt zijn geraakt in de verleidingen van gemak. Zonder echt na te denken laten we ons lokken met zaken omdat het zo gemakkelijk lijkt. Een QR code, een mobieltje voor alles, spuitjes die beloftes van onsterfelijkheid suggereren, net genoeg vertier om niet echt te gaan protesteren. Kortom het aloude ‘geef ze brood en spelen’ is nog steeds een machtig middel om de massa te manipuleren in een door de machthebbers gewenste richting. 

Ook in Arnhem ben ik me hier bewust van en trek mijn eigen plan vanuit mijn eigen bubbel. Echter, er zit meer versluiering tussen het voelen van de essentie van de prachtige natuur om me heen en mijn eigen krachtige, stralende essentie. De verleiding van polariseren en ageren ligt bij wijze van spreken op iedere straathoek.  Het zijn interessante tijden waarin ik leer om het duale denken te omarmen in een veel grotere bedding van verbinding. 

Nu na enkele dagen op Lameira is het mij weer gelukt om de beide kanten bij elkaar te brengen. Er is niets mis met comfort én de pure natuur is ook een heerlijke leerschool. Beide in verbinding laten me de VOLledigheid van het leven ten volle ervaren. Dankbaar dat het leven me deze kans geeft en hoopvol voor een toekomst van eenheid en verbinding met ruimte en vrijheid voor onze True Nature. 

We zullen als hoeders van Lameira er voor waken om het comfort de toon te laten bepalen. Deze plek vraagt van ons om het open te houden voor de directe ervaring van de (eigen) natuur. We wensen deze ervaring te delen met vele anderen.