Ode aan de liefde, ja ja

Ja ja, een ode aan de liefde. Dit is niet een pad, een lied of een verhaal versierd met smileys, hartjes ogen en roze wolken die voorbij drijven. De liefde is alles, ook vaak rauw, naakt en eenzaam. 

Na mijn lange relatie en huwelijk, waarin ik veel heb geleerd over samen zijn maar toch alleen, wist ik een ding zeker. Mocht er ooit weer een man verschijnen, dan zou het in die relatie gaan over intimiteit. Overigens was ik ergens in 2014/2015 helemaal niet mee bezig met een nieuwe man en een relatie. Ik vond het wel even goed zo op mezelf. Ik genoot van mijn eigen cocon, mijn energiebubbeltje en had ruimte nodig om te verwerken en mijn hart te helen. Dat proces was nog niet klaar, maar ja, het leven had geen geduld meer met me en presenteerde vrij snel de intimiteit-challenge. 

Daar was hij, hij heet Han. En daar zijn we dan nu, samen in Portugal, in de rauwe natuur waar alle poeha wordt ontrafelt. Een plek in een vallei waar geen ruimte is voor gepolijste zinnen en opsmuk van uiterlijk. Het is met de billen bloot, bloter, blootst. In deze naaktheid ontmoet ik mijzelf met alles erop en eraan. Zijn dat roze brillen en hartjessnoepjes? Nee! 

Jarenlange, eeuwenlange, oneindige levens lang zijn mannen en vrouwen met elkaar in strijd geweest. Het mannelijke en vrouwelijke is vervormd geraakt, is overheerst geweest of weggedrukt geraakt. Ook in mij is er die strijd tussen het mannelijke en het vrouwelijke. Ik leerde voor mezelf opkomen, schreeuwde harde woorden om gelijk te halen, ging door ook als ik eigenlijk niet meer kon. Maar mijn innerlijke man is moe. Ook mijn innerlijke vrouw is uitgeblust van het willen pleasen, begrip tonen en de harmonie bewaken. Een lekker stel daar in mij, die man en vrouw. Volgens mij ziet het er van binnen soms net zo uit als wat ik verafschuw bij anderen: een uitgeblust stel op een bank die niets anders weten te doen dan tv te kijken of op de iPhone op zoek te gaan naar afleiding, moe van de strijd en apathisch door de verveling. 

Hier in Portugal is er minder afleiding van de essentie, en dus meer uitnodiging om intiem te durven zijn met mijzelf. Dat ik stil durf te worden en me durf te laten dragen door de puurheid van de natuur. Want ondanks dat er hier geen ‘entertainment’ is, is het toch ook heel goed mogelijk om mezelf af te leiden. Klussen, druk zijn met van alles en nog wat en ook steeds vaker uitstapjes in het Portugese leven. 

En dan loopt het ergens toch even hoog op. Het is de laatste week van mijn lange zomer in Portugal. En ineens jaagt mijn innerlijke man mij weer op. Van alles heb ik nog niet gedaan wat ik wel had willen doen en ik probeer ten koste van mijzelf even lekker door te duwen. Mijn innerlijke vrouw begint te klagen en te mopperen. Ja, die twee hebben echt een leuk huwelijk. Als ik het zat ben, zoek ik in de overdruk de weg naar buiten. Ik probeer via Han te ontladen. We maken een fikse ruzie en kunnen elkaar even helemaal niet verstaan, begrijpen en vinden. Machteloze tranen, verhitte woorden en een leeg vermoeid gevoel. Poe wat een klus om dan de liefde weer te vinden. Voorbij de strijd te komen, voorbij gelijk en ongelijk, voorbij de mind met alle oordelen. Er is maar één weg weten we beiden. Even terug op onszelf. De weg naar binnen. Even geen woorden. Han heeft al weken een waterpomp en waterleiding project waarin hij kan verdwijnen en kan oefenen met geduld versus frustratie en ik ga wandelen. Terug naar de natuur, terug naar mijn natuur. Met mijn voeten in het water en met mijn kont op de ontiegelijk oude wijze stenen kom ik al snel terug bij mijzelf. Mijn hart verzacht onder het geluid van het stromende water. Ik kan weer verbinden met mezelf, in mezelf. Waar innerlijk ouders, man en vrouw in strijd zijn, worden ook de kinderen gemoeid. Ik voel mijn innerlijk kind. Eerst vooral in de pijn maar al snel ook weer in het vrije, huppelende meisje. Speelsheid komt terug. Uren kan ik blijven zitten zo. Beetje mijmeren, schrijven, luisteren naar het water en de vogels, fladderen met de vlinders en oefenen om de irritatie door de opdringerige vliegen los te laten. De eenvoudige kracht van de natuur draagt me en brengt me terug. 

Later als ik me na lange tijd weer toon in de buurt van Han is een blik, een zoen en een omhelzing het eerste en meest simpele wat ook ons weer samen kan brengen. De woorden komen later. Tijd genoeg. Het leven van de Liefde hebben we helaas niet geleerd. Onze ouders hebben het veelal niet kunnen laten zien en voelen en de hele wereld lijkt gespleten in dualiteit. Vechten en strijd is wel al vroeg geleerd. Competitie en allerlei andere patriarchale speeltjes waren zo lang ons vermaak. 

Nu leven we in mijn perceptie aan de vooravond van andere tijden. Het is de weg van het hoofd naar het hart. De kunst van verbinden in plaats van splijten. Het vraagt moed en compassie om hierin voorop te gaan. Maar laten we het doen! Laten we voorleven en uitdragen dat het mooi is geweest met de oorlog. Laten we de Liefde Leven! En ja, ja ook de echtheid dat het heus niet altijd zo gemakkelijk is.