Het is kerstavond en na een reis met een grote diversiteit aan transport, auto, vliegtuig, metro, bus, auto, zet ik mijn voeten neer op de aarde van Lameira. Ik zet twee stappen in de donkere avond en hoor en voel een sterk zuigende kracht. Ik word met beide voeten de klei ingezogen. Er is geen ontsnappen mogelijk, er wordt me gelijk duidelijk gemaakt waar het hier onderaan de berg over gaat, aarden! De afgelopen weken waren gevuld en hectisch. Er waren behoorlijk wat werkklussen, mijn hoofd was regelmatig gevuld met zorgen over een zieke zoon en zieke kat, de nieuwe website die aandacht vraagt, allerlei online meetings zo voor het einde van het jaar, familiefeestjes rond Sint en Kerst en 1001 andere zaken waar mijn mind overuren meemaakte. Ik herken dit wel van mezelf en zie ook hoe ik worstel om hierin in mijn stille midden te komen en te blijven. De yogalessen die ik geef in deze laatste weken van het jaar stel ik in het teken van verstilling vanuit het hart. Er zijn veel meer mensen merk ik die in deze tijd van het jaar zich wat overvraagd voelen in de veelheid van activiteiten en de gekunstelde druk om af te willen ronden voor het einde van het jaar. Wat is dat toch dat we tegen de natuurlijke stroom van de natuur in zwemmen. Alles in de natuur verstild in de wintertijd. Op Lameira is het voelbaar en zichtbaar. De laatste kweeperen hangen aan de boom weg te rotten, de kleuren zijn donkerder en meer versluierd en alles staat even on hold. Soppend en met dikke kleiklonten onder mijn laarzen maak ik mijn entree. Ons huisje is inmiddels meer geïsoleerd door het onverminderd harde klussen van Han en ook de houtkachel helpt ons om tijdens de koudere avond warm te blijven. Het laatste uur van Kerstavond wordt gevierd met nootjes en een drankje. De volgende ochtend is regenachtig en de naam Lameira aarde en water = modder) is overduidelijk.
Hier stopte mijn schrijven en vandaag pak ik het weer op. Het is 10 januari 2022 en de weken zijn voorbij gevlogen. Voor het eerst sinds negen maanden reis ik samen met Han terug naar Nederland. Na al die maanden verbouwen is het tijd om even met afstand te kijken en voelen voor de volgende stap. Voor mij ligt het anders. Ik ben wat gewend geraakt om me los te scheuren en heen en weer te reizen tussen mijn leven in Nederland en Portugal. Wat scheelt is dat ik voor nu even geen afscheid hoef te nemen van Han. Steeds beter leer ik om de uitersten in mijn leven te verbinden. Het comfortabele, stadse leven in de matrix in Arnhem met het sobere leven in de rauwe natuur van Lameira, het leven op mezelf met Han op afstand en het samen leven, het werken met mensen en het bouwen aan onze droom, de stilte en de drukte, het fluiten van de vogels in de vallei en het verkeer over de Boulevard Heuvelink. Het verbinden van de uitersten vraagt een continue beweging van me. Steeds opnieuw afstemmen, voelen hoe ik me kan verhouden tot dat wat er is. Het voelt als het volgen van het Lemniscaat. Deze liggende acht die het oneindigheidsteken symboliseert en uitersten met elkaar kan verbinden. Ik mijmer nog wat over de flow van het leven. Al schommelend in de bus onderweg naar het vliegveld van Lissabon kan ik niet anders dan concluderen dat ik me heel dankbaar voel voor deze mogelijkheid in mijn leven. Ik leer om de stroom te volgen zonder dat ik hoef te weten waar dat op uitkomt. Zowel in Portugal door vrienden als ook in Nederland wordt me regelmatig gevraagd wanneer ik me dan definitief vestig in het land van aarde en water (Lameira). En steeds beter kan ik voelen dat ik die vraag niet hoef te beantwoorden vanuit mijn hoofd en ratio. Het enige wat ik hoef te doen is blijven verbinden en voelen wat de volgende stap is. Ik sluit even mijn ogen laat de zonnestralen nog diep binnenkomen, leg mijn hand op de knie van mijn lief en “all is good”.