Tweeëneenhalve week ben ik nu weer in Portugal. Toen ik begin mei na onze vuurdoop- weken terugvloog naar Nederland nam ik een kleurrijk beeld mee terug. De vallei en de omgeving waren gekleurd met allerlei bloemen. Alles was groen en het rook verrukkelijk. De lente liet de vogels fluiten, de bijen zoemen en alle knoppen ontluiken.
Toen ik op 18 juli voet aan de grond zette op de vlieghaven van Lissabon, kwam ik uit een drukke periode van werk en opleiding. De hectiek en het ritme in mijzelf lagen vele malen hoger dan de stilte en sereniteit van Lameira.
Het contrast was erg groot en overviel me totaal. Het heeft me twee weken gekost om te kunnen landen. Ik herkende mezelf even niet. Wat was er aan de hand? Ik zat op een prachtige plek, het weerzien met Han was superfijn, de vorderingen aan de bouw supertof, de fluitende vogels nog steeds enthousiast en toch kon ik niet aarden. Het heeft me behoorlijk gepuzzeld en beziggehouden.
Wat me wel opviel was dat mijn romantische herinnering uit het voorjaar, in een keer van het ‘bord’ was gewist. De natuur is dor en droog, de zon brandend en de wind blaast regelmatig als een föhn over onze hoofden. Het stof zit overal. Het gezoem van de bijen wordt overstemd door de vliegen die er een gewoonte van maken op elk plekje te landen op je lijf om te kriebelen. In de avond klinkt het gezoem van muggen en mijn lijf ziet er inmiddels gepokt en gemazeld uit door deze vrienden. In de eerste nachten zijn de wilde zwijnen dichtbij onze tent, ze maken me alert en gefascineerd.
Mijn ritme was nog hoog en ik was bovendien ook helemaal klaar om lekker te klussen. Mijn frozen shoulder van afgelopen maanden was eindelijk ontdooid en ik voelde geen fysieke belemmering om los te gaan. Echter, een groot deel van de dag is het werkelijk niet te doen om te werken. Tien minuten klussen heeft hetzelfde effect als een dubbele bikram yogales. Het zweet gutst van je lijf, de adem wordt je benomen en je energie vloeit heel snel weg in een bodemloze put. Vooral de eerste dagen is het zo heet, dat ik echt word uitgedaagd. Mijn lijf roept siësta, maar mijn mind heeft allerlei andere ideeën. Kortom er wordt gevraagd om te luisteren naar mijn lijf en een paar tandjes terug te schakelen.
De fysieke kant is een aspect van deze ervaring en er is meer. Mijn nachten zijn soms onrustig door allerlei wilde dromen. Oud en nieuw worden in deze dromen tot een bijna niet te ontwarren net geknoopt. Ik vraag me af wat het me zeggen wil. Ik weet dat we met ons allen in een enorme transitie zitten. Het ‘oude’ werkt niet meer, maar het nieuwe is nog niet zo zichtbaar voor velen. De wereld lijkt meer en meer te polariseren. Gestuurd door angst komen hele groepen mensen lijnrecht tegenover elkaar te staan. Wel of niet vaccineren lijkt een metafoor en wapen te zijn om bloot te leggen dat het ons (nog) niet lukt om elkaar te respecteren en te kijken hoe we kunnen blijven verbinden in plaats van te verharden. En onderwijl beweeg ik me tussen twee werelden, de stad in Nederland en de natuur van Lameira. Mijn hoofd weet dat ik dit ook graag naast elkaar wil laten bestaan. En het een én het ander, dus niet een of, of. In mijn huidige proces weet ik dat deze vraagstukken alleen kan beantwoorden vanuit mijn eigen interne onderzoek. Als ik intern niet meer polariseer, als ik intern geen strijd uitvecht, als ik intern verantwoording neem voor het pad van liefde in plaats de snelweg van angst dan kan ik bijdrage aan een wereld waarbinnen we de eenheid en de onderlinge verbinding kunnen vormgeven.
Vanochtend zag ik ineens de parallel. De natuur van Lamiera liet me in de lente haar schoonheid zien. Er is me gevraagd dit landje hier te hoeden en het lief te hebben. Dit betekent dat ik ook haar rauwe, ruige, minder toegankelijke kanten heb lief te hebben. Het is net als met onszelf. Zelfliefde gaat over het omarmen van alle aspecten van onszelf. Niet alleen de mooie kanten, juist ook de schaduwkanten. Niet alleen alles waarmee we mooie sier maken, maar ook de ongepolijste kanten van ons zijn. We zijn pas heel en in verbinding als we dit volledig accepteren en integreren. Dan kan het licht stralen.
En ja inderdaad. Wat straalt Lameira. Ik luister nu naar haar ritme. Geniet van de koelte van de rivier. Mijmer bij de vallende sterren en de onbeschrijfelijke sterrenhemel. Creëer ruimte en rust door onder een olijfboom soms een tukje te doen. Sta op als de zon nog net niet op is en mediteer bij de eerste stralen van haar warmte. De uren die we werken zijn enorm productief en daarmee erg vervullend. We worden ingesloten door het dorp en vertroeteld met emmers vol peren, tomaten, aardappels, courgettes en sla direct van het land. Met handen en voeten hebben we een gesprek en we lachten onze tanden bloot, die zij overigens vaak niet meer hebben. Kortom, ik vier het Leven en voel me heel!